Opinie: Bundeling App Stores macOS en iOS is goed nieuws voor iedereen

Volgens de laatste geruchten is Apple van plan om in 2021 apps écht universeel te maken. Dat betekent dat je een bepaalde app maar één keer hoeft te downloaden en dat deze op zowel je iPhone, iPad als Mac te gebruiken is. Dit heeft meerdere voordelen, zowel voor gebruikers als voor ontwikkelaars.

Dit artikel verscheen eerder in december 2017, maar is aangepast en opnieuw gepubliceerd vanwege de nieuwe geruchten over Project Marzipan.

Voordelen van universele apps

Het gerucht is afkomstig van Mark Gurman, journalist bij Bloomberg die vaak als eerste op de hoogte is van ontwikkelingen bij Apple. Afgelopen jaar zagen we al de eerste stappen van Project Marzipan, want Apple bracht meerdere iOS-apps naar de Mac, zoals de Woning-app. Nu blijkt uit het nieuwe gerucht wat Apple’s volgende stappen worden, met als uiteindelijke doel de echte universele apps. We nemen alvast de proef op de som wat voor voordelen dat voor jou kan betekenen.

Bekijk ook

Gerucht: ‘Apple wil in 2021 volledig universele apps voor iPhone, iPad en Mac’

Apple wil in 2021 ontwikkelaars de mogelijkheid geven om universele apps te maken die zowel op de iPhone, iPad als Mac werken. Je kunt dan iOS-apps downloaden vanaf je Mac.

#1 Meer apps voor de Mac
De App Store op iOS zit bomvol apps. Bijna elke dienst of bedrijf heeft wel een eigen app uitgebracht, maar bij de Mac App Store zie je dat er nog veel apps ontbreken. In veel gevallen is een app voor de Mac ook niet een vereiste, maar voor een aantal apps kan een Mac-versie zeker zijn voordelen hebben. Denk bijvoorbeeld aan banken die met apps op de desktop meer uit de Mac kunnen halen.

De bankenapps op de iPhone maken gebruik van allerlei handige functies, zoals Touch ID of Face ID. Een soortgelijke app op de Mac zou een uitkomst zijn, zeker nu Touch ID inmiddels ook op de MacBook Pro en MacBook Air te vinden is. Voor banken zou een desktop-app bovendien phishing tegen kunnen gaan. Phishing wordt vaak gedaan met een nagemaakte inlogpagina van een website, zodat dieven er met je gegevens vandoor gaan. Een complete app is lastiger na te maken, omdat deze ook apart geïnstalleerd moet worden.

Toegegeven: ontwikkelaars kunnen nu ook al gewoon Mac-apps maken, maar gezien het aanbod is de drempel voor veel ontwikkelaars blijkbaar te groot. Door de twee platformen te combineren, wordt de drempel hopelijk een stuk lager en moet het voor ontwikkelaars makkelijker worden om apps aan te passen aan de desktop. Denk bijvoorbeeld ook aan games die op deze manier makkelijker naar de Mac gebracht kunnen worden, vooral spelletjes die minder afhankelijk zijn van een touchscreen. Het uiteindelijke resultaat hangt echter wel af van hoe Apple het aanpakt en hoeveel werk het voor ontwikkelaars gaat kosten.

#2 Sneller nieuwe functies op de Mac
Er zijn nu al een handjevol apps die zowel op iOS als macOS beschikbaar zijn, maar het gaat dan wel om twee compleet apart ontwikkelde apps. Dit heeft als resultaat dat ontwikkelaars beide apps moeten onderhouden. Dat kan in theorie voor problemen zorgen en ook in de praktijk blijkt dat sommige ontwikkelaars daar moeite mee hebben. Er was bijvoorbeeld jarenlang een Twitter-app op de Mac, maar deze liep hopeloos achter op de iOS-versie. De app maakte eind 2015 een inhaalslag met de compleet vernieuwde versie, maar inmiddels heeft Twitter definitief de stekker uit de app getrokken. Met de samenvoeging is de kans kleiner dat zoiets nog eens gebeurt. Ook andere apps kunnen profiteren van de Mac, bijvoorbeeld Netflix.

#3 Niet meer twee keer hoeven te betalen
Sommige ontwikkelaars hebben nu al wel apps voor zowel iOS als macOS. De bekendste voorbeelden zijn bijvoorbeeld Pixelmator. Maar als je de iOS-versie gedownload hebt, moet je altijd nog de volledige prijs neerleggen voor de Mac-versie. Tussen iPhone en iPad geldt dat in veruit de meeste gevallen niet, omdat ontwikkelaars kiezen voor een universele aanpak. Omdat het in feite om dezelfde app gaat, hoef je dus maar één keer te betalen. Als Apple het macOS- en iOS-platform samenvoegt, kan dat dus ook voor Mac-apps voordelig uitpakken.

Toch kan er nog een uitdaging zijn wat betreft de prijs. Mac-apps zijn over het algemeen een stuk geavanceerder. De prijs van een Pixelmator op de Mac is dan ook een stuk hoger dan op de iPhone. Om dit verschil op te vangen, zou Apple het zo kunnen maken dat je een meerprijs moet neerleggen om de Mac-versie te kunnen gebruiken. Je hoeft dan alsnog niet opnieuw de volledige prijs te betalen, omdat je al betaald hebt voor de kleinere iOS-versie.

#4 Minder werk voor ontwikkelaars
Tot slot is het minder werk voor ontwikkelaars. Omdat het nu nog om twee aparte platformen gaat, moeten ontwikkelaars die zowel een app voor de Mac als iPhone en iPad maken, twee keer door het goedkeuringsproces. Ook moeten beide apps onderhouden worden, maar als ze samengevoegd worden is dat niet meer nodig. Er hoeft maar één app ingediend te worden die meteen voor alle toestellen werkt. Hierdoor is minder papierwerk nodig, wat weer kan zorgen voor snellere updates en apps die beter presteren.

Bekijk ook

‘Apple wil iOS- en macOS-apps samenvoegen tot een platform’

Apple is van plan om de apps van iOS en macOS samen te voegen tot één gezamenlijk app-platform. Je kunt daardoor een app zowel op iPhone, iPad als Mac installeren. Dit moet de hoeveelheid werk voor ontwikkelaars verminderen.