Onderzoek: ‘Smartphone-apps zijn nauwkeuriger dan fitnesstrackers’

Heeft het zin om een aparte fitnesstracker te kopen, zodat de data die je verzamelt nauwkeuriger is? Volgens een nieuwe studie blijkt dat smartphone-apps eigenlijk net zo goed functioneren. De Universiteit van Pennsylvania vond een afwijking van 7 procent tussen de data die een app verzamelt en metingen door een menselijke waarnemer. Bij wearables kan de afwijking veel groter uitpakken. Sommige wearables zoals de Fitbit One en de Fitbit Zip bleken erg nauwkeurig, terwijl de Nike+ FuelBand soms grote afwijkingen vertoonde. Misschien komt dat, omdat je de Fitbits dicht op je lichaam draagt, terwijl Nike’s fitnessarmband ook je armbewegingen meetelt.

In de test keken de onderzoekers naar zes fitnesstrackers. De nieuwste trackers en smartwatches deden bovendien niet mee. Ook werd er maar naar een beperkt aantal activiteiten gekeken en was het aantal deelnemers beperkt. Tijdens het onderzoek moesten de 14 deelnemers op een loopband wandelen, eerst 500 stappen en daarna 1500 stappen. Daarna voerden ze de opdracht nogmaals uit, zodat de onderzoekers in totaal 56 metingen deden. Vervolgens werd gekeken of de fitnessapps en fitnesstrackers wel het juiste aantal aangaven. De deelnemers wandelden met twee smartphones in hun broekzak, waarop vier apps actief waren. Ze droegen drie fitnessarmbanden, een stappenteller en twee bewegingsmeters. Bij de smartphone-apps was een afwijking van -6,7% tot +6.2% te zien en bij de wearables was de afwijking -22,7% tot -1,5%.