Apple WebKit-team brengt Speedometer 2.0 uit

In 2014 bracht Apple’s WebKit-team voor het eerst Speedometer 1.0 uit, een hulpmiddel om de responstijden van webapps te meten. Inmiddels is het vier jaar later en is er veel veranderd voor webontwikkelaars. Vandaar dat nu de opvolger klaarstaat: Speedometer 2.0. Die berekent de responstijden van websites nu op een eerlijker manier.

Speedometer 2.0 voor webapps

Speedometer is bedoeld voor ontwikkelaars die willen kijken hoe snel webapps reageren op de interactie met gebruikers. Sinds 2014 is er veel veranderd en daarom biedt Speedometer 2.0 nu ondersteuning voor de nieuwste JavaScript-raamwerken en -bibliotheken. Het gaat dan bijvoorbeeld om het gebruik van React en afgeleiden zoals Preact en Inferno. Ook wordt voor het zogenaamde state management steeds vaker Redux gebruikt, meestal in combinatie met React. En daarnaast zag het WebKit-team dat Webpack en RollUp regelmatig worden gebruikt.

Speedometer 2.0 biedt voor al deze frameworks en modules ondersteuning. Het werkt nu ook met ES2015, een nieuwere versie van JavaScript. Bovendien kun je TypeScript gebruiken, dat snel te compileren is en onder andere gebruikt wordt door Angular, een ander framework voor webontwikkelaars. Ondersteuning voor Elm en PureScript laten zien dat Speedometer 2.0 ook rekening houdt met de trend richting functioneel programmeren.

Al dat testen met Speedometer moet natuurlijk ook een score voor Web App Responsiveness opleveren. Deze werd berekend op basis van de gemiddelde tijd om 100 todo-items aan een lijst toe te voegen, af te vinken en te verwijderen. Dit leverde nogal eens scheve beoordelingen op, vooral door Ember. Vandaar dat de score in Speedometer 2.0 nu eerlijker wordt berekend, als geometrisch gemiddelde van verschillende implementaties van de todo-app.

Het team van Apple gaat ondertussen door met het verder ontwikkelen van Speedometer, zodat ontwikkelaars hun webapps goed kunnen benchmarken en sneller maken. Hopelijk duurt de volgende update geen vier jaar.