Apple M1: de allereerste Apple Silicon-chip voor Mac en iPad

M1-chips met Apple Silicon

Apple wil minder afhankelijk van externe leveranciers zoals Intel zijn en heeft daarom een reeks Apple Silicon-chips uitgebracht. De M1-chip was de allereerste, gevolgd door de M2-chip en de M3-chip. In welke Apple-producten vind je een M1-chip en is het nog wel aan te raden om een Mac of iPad met M1 te kopen? Dat bespreken we op deze pagina.

M1 in het kort

Dit zijn de belangrijkste eigenschappen van M1:

• Eerste System on a Chip (Soc) voor Mac die Apple zelf heeft ontworpen
• Aangekondigd tijdens WWDC 2020
• Vier varianten: M1, Pro, Max en Ultra
• Gebaseerd op ARM-instructieset
• 5-nanometer productieproces
• Vanaf 16 miljard transistoren
• Compact en energiezuinig
• Alle componenten zijn geïntegreerd in één pakket, achteraf upgraden niet mogelijk
• Beschikbaar in diverse recente Apple-producten

Producten met M1-chip

Deze Apple-producten zijn voorzien van M1-chip:

Van de meeste producten zijn inmiddels krachtiger varianten met M2-chip of M3-chip uitgebracht.

Kopen of niet? De genoemde producten met M1-chip zijn nog steeds een aanrader als je niet het allernieuwste nodig hebt of wat minder geld te besteden hebt. Ze presteren goed en gaan nog vele jaren mee. Bij de Pro- en Studio-modellen zul je eerder voor een nieuwere chip kiezen. Maar als je niet zoveel performance nodig hebt kun je natuurlijk ook met een MacBook Pro M1 prima uit de voeten.

Apple verkocht begin 2024 nog de MacBook Air M1 als instapmodel en deze kun je bij winkels dan ook nog volop aantreffen. Bij Apple is dit model inmiddels uit de schappen gehaald.

Prijzen MacBook Air M1 (2020)

Wel verkoopt Apple nog steeds de iPad Air 2022 met M1-chip.

Prijzen 64GB iPad Air 2022 met M1-chip

Standaard M1: wat maakt deze chip bijzonder?

Bij de M1 stapte Apple af van de traditionele gedachte uit de pc-wereld dat alles modulair moet zijn. Vroeger kon je je eigen pc bouwen uit onderdelen die je zelf koos. Had je meer geheugen of opslag nodig, dan kon je dat gemakkelijk bijprikken. Bij de M1 is dat idee radicaal overboord gegooid. Alles is geïntegreerd in één pakket: CPU, GPU, werkgeheugen, opslag en de Neural Engine voor machine learning-taken.

Dit heeft als voordeel dat er sprake is van ‘unified’ geheugen: alle componenten kunnen het geheugen rechtstreeks aanspreken, zonder dat eerst data van het CPU-geheugen naar het GPU-geheugen hoeft te worden gekopieerd. Dit is een van de redenen waarom de M1 zo’n goede performance heeft.

Een nadeel is wel, dat je niet meer zelf je computer kunt upgraden. Dat was bij de Mac toch al vrij lastig gemaakt, maar bij de M1 is het écht niet meer mogelijk om achteraf extra RAM toe te voegen of componenten te vervangen. Je moet meteen de juiste keuze maken.

De M1 is gebouwd met een 5-nanometer proces en beschikt over 16 miljard transistoren. Volgens Apple is alles geoptimaliseerd voor een klein formaat en energiezuinigheid. De chip levert dan ook meer performance per Watt, zo benadrukte Apple bij de aankondiging. Daarom boden de eerste MacBooks met deze chip meteen al een waanzinnige performance in vergelijking met de eerdere Intel MacBooks. Ook de batterijduur bleek met sprongen vooruit te zijn gegaan. Dit is geen reclamepraat van Apple, het blijkt daadwerkelijk uit praktijkervaringen.

De M1 is niet de eerste chip of SoC die door Apple zelf wordt gemaakt. Ook in de iPhone, iPad, Apple TV, Apple Watch en HomePod vind je eigen chips van Apple. Daarnaast maakt Apple de T2-chip in recente Macs en de U1-chip voor Ultra Wideband.

Dit zijn de specificaties van alle M1-varianten:

Dankzij Rosetta 2 kun je op de M1 Macs ook apps gebruiken die voor Intel-processor zijn gemaakt. Volgens Apple presteren ze zelfs beter dan op een Intel-processor, waarvoor ze eigenlijk zijn gemaakt. Ontwikkelaars kunnen universele apps maken voor Apple Silicon. Ze zijn dan zowel voor Intel als voor de M-serie chips geoptimaliseerd.

Bekijk ook

Zo installeer je iPhone en iPad-apps op een Mac met Apple Silicon-chip

Je kunt op Apple Silicon Macs ook apps installeren die eigenlijk voor de iPhone of iPad zijn bedoeld. Ontdek hier hoe je kunt vinden en installeren. Er zijn ook wat beperkingen.

M1 Pro en M1 Max: extra krachtig

In oktober 2021 kondigde Apple de M1 Pro en M1 Max aan, twee extra krachtige varianten van de M1-chip. Ze zijn te vinden in de MacBook Pro 2021. De M1 Max is bovendien te vinden in de Mac Studio desktopcomputer.

Dit zijn de belangrijkste eigenschappen:

M1 Pro:

• 8- of 10-core CPU, tot 16-core GPU
• Tot 32GB unified memory (RAM)
• 200GB/s geheugen-bandbreedte
• Ondersteunt 2 externe schermen van 6K

M1 Max:

• 10-core CPU, tot 32-core GPU
• Tot 64GB unified memory (RAM)
• 400GB/s geheugen-bandbreedte
• Ondersteunt drie externe schermen van 6K, plus een 4K tv-scherm

Deze professionele M1-chips leveren volgens Apple 70% betere CPU-prestaties dan de M1. In beide gevallen krijg je 10 CPU-cores, waarvan twee energiezuinige. De nadruk ligt echter vooral op de prestaties, waarvoor de acht grotere cores verantwoordelijk zijn. In vergelijking met de Intel x86-chips kun je ook 70 procent meer rekenkracht verwachten bij hetzelfde stroomverbruik.

Er zitten 33,7 miljard transistors in en je kunt tot 32GB unified geheugen gebruiken, met een geheugenbandbreedte van 200 GB/s. Bij de M1 Max verdubbelt dit naar maximaal 64GB unified geheugen en een bandbreedte van 400 GB/s. Beide chips zijn gemaakt door TSMC volgens een 5-nanometer proces. Er zijn 33,7 miljard transistors aanwezig in de M1 Pro en maar liefst 57 miljard in de M1 Max.

Grafisch gezien kun je bij de M1 Pro maximaal een 16-core GPU aanschaffen, twee keer zoveel als bij de M1. Deze leveren 5,2 teraflops aan rekenkracht. Ook hier verdubbelt de M1 Max dit weer met maximaal een 32-core GPU en 10,4 teraflops rekenkracht.

Bij de 14-inch MacBook Pro is de M1 Pro standaard aanwezig bij de basismodellen. Wil je een M1 Max, dan kun je dit in de configuratie aangeven. Bij de 16-inch MacBook Pro is de M1 Max op de meest krachtige modellen standaard aanwezig.

Apple biedt bij de M1 Pro/Max ook verbeterde ondersteuning voor ProRes-video, met hardware-acceleratie voor ProRes en ProRes RAW. Je kunt hierdoor meerdere 4K of 8K ProRes-video’s tegelijk bewerken.

Hieronder zie je de technische verschillen samengevat:

Je kunt bij de M1 Max tot drie Pro Display XDR’s en een vierde 4K TV-scherm aansluiten, allemaal tegelijk. Dit is een behoorlijke verbetering ten opzichte van de M1-chip, die maar één extern scherm ondersteunde. Hiervoor zijn drie Thunderbolt 4-poorten en een HDMI-poort aanwezig. De M1 Pro-chip ondersteunt twee Pro Display XDR’s. De schermen die je op de M1 Pro-chip aansluit mogen maximaal 6K (60Hz) zijn, terwijl de M1 Max-chip tot drie externe schermen van 6K en eentje van 4K (60Hz) ondersteunt. Dit blijkt uit Apple’s technische specs.

M1 Ultra: nóg meer power

De M1 Ultra-chip is de laatst verschenen variant van de M1-chip. Deze bestaat uit twee met elkaar verbonden M1 Max-chips, waardoor in totaal 20 CPU-cores en 96 MB aan centraal geheugen mogelijk is. Daardoor is deze variant extra krachtig. Er is nog geen opvolger in de M2-serie verschenen.

De M1 Ultra is momenteel alleen verkrijgbaar in de Mac Studio-desktopcomputer, die leverbaar is met M1 Max en M1 Ultra. Hieronder zie je de verschillen tussen deze chips:

Beperkingen van M1

De M1-chip van Apple is op veel punten geweldig, maar er zitten ook nadelen aan:

• Alle onderdelen zijn geïntegreerd in de M1, zodat je achteraf niets meer kunt upgraden. Dit geldt bijvoorbeeld voor het RAM-geheugen.
• De M1 Macs werken niet met Thunderbolt eGPU’s.
• De M1 Macs hebben momenteel maximaal 16GB RAM. Wil je meer dan zul je voor de duurdere M1 Pro en M1 Max moeten kiezen.
• De M1 Macs zijn verkrijgbaar met maximaal 2TB opslag. Ook hier geldt dat je voor betere specs aangewezen bent op de duurdere M1 Pro en M1 Max.
• De M1 Macs hebben twee USB-C-poorten met ondersteuning voor USB-4 en Thunderbolt. Dit is een beperking van de huidige M1-controller. Op high-end modellen is dit beter geregeld.
• Bij de standaard M1 kun je maar één extern scherm aan sluiten.